Gewone kopermantel – Ferdinandea cuprea
Wie ben ik?
De gewone kopermantel is een zweefvlieg met een typische koperen glans. Ze heeft ook grove stijve haren aan de zijden van het borststuk. Dat is eerder uitzonderlijk bij zweefvliegen. Deze soort komt voor van Ierland tot in Japan en van Algerije tot in Scandinavië.
Wanneer kan je me zien?
De gewone kopermantel vliegt van april tot september. Ze houdt van vochtige en droge bossen maar wordt ook in parken en tuinen aangetroffen. Je ziet ze vaker zonnend op boomstronken dan op bloemen.
Wist je dat?
De larve van de gewone kopermantel voedt zich met de sapstroom van eiken, populieren, wilgen of olmen maar je vindt ze ook in holtes die achterlaten worden door de larven van de wilgenhoutvlinder (Cossus cossus). De larve van de kopermantel eet rottend materiaal dat in dergelijke holtes te vinden is. De winter brengt ze door als pop, aan de voet van bomen. Men kan ze dan gemakkelijk vinden wanneer men in de strooisellaag naar een geelachtige pop zoekt.
Fotografie : Johan Raes